Einde inhoudsopgave
Omgevingsregeling
Artikel 7.31 (milieubelastende activiteit: windpark met 3 of meer windturbines)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
15-06-2022, Stcrt. 2022, 15886 (uitgifte: 21-06-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
01-12-2020, Stcrt. 2020, 64380 (uitgifte: 03-12-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
21-11-2019, Stcrt. 2019, 56288 (uitgifte: 22-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Algemeen
1.
Bij een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een windpark met 3 of meer windturbines als bedoeld in artikel 3.13 van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden voor elke windturbine de volgende gegevens en bescheiden verstrekt:
- a.
het vermogen in kilowatt;
- b.
de diameter van de rotors in centimeters;
- c.
de hoogte van de masten in meters; en
- d.
de berekende afstand in meters tot waar het plaatsgebonden risico 1 op de 100.000 en 1 op de 1.000.000 per jaar is en de aan de berekening ten grondslag liggende rekenbestanden.
2.
Op het berekenen van de afstand voor het plaatsgebonden risico is artikel 4.11, aanhef en onder b, van overeenkomstige toepassing.