Einde inhoudsopgave
Omgevingsregeling
Artikel 6.8 (berekenen: geluid door een windturbine of windpark)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
19-03-2021, Stcrt. 2021, 15868 (uitgifte: 26-03-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
01-12-2020, Stcrt. 2020, 64380 (uitgifte: 03-12-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Algemeen
1.
Het geluid door het opwekken van elektriciteit met een windturbine of windpark waarvoor een omgevingsplan een waarde als bedoeld in artikel 5.74, eerste of tweede lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving bevat, wordt berekend volgens bijlage IVi.
2.
Op het berekenen van het gecumuleerde geluid door het opwekken van elektriciteit met een windturbine of windpark in combinatie met een andere activiteit, is artikel 3.25 van toepassing.
3.
Bij het berekenen worden de waarden in dB Lden, dB Lnight en dB Lcum afgerond op hele getallen, waarbij een halve eenheid wordt afgerond naar het meest dichtbijgelegen even getal
4.
Bij het berekenen van het geluid op een geluidgevoelig gebouw wordt het geluid dat wordt gereflecteerd door de gevel waarop het geluid wordt bepaald buiten beschouwing gelaten.