Einde inhoudsopgave
Omgevingsregeling
Artikel 5.21 (examen airconditioningsysteemdeskundige)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
14-09-2023, Stcrt. 2023, 26205 (uitgifte: 19-09-2023, regelingnummer: 2023-0000568411)
31-01-2022, Stcrt. 2022, 3912 (uitgifte: 03-02-2022, regelingnummer: 2022-0000037155)
13-12-2021, Stcrt. 2021, 48236 (uitgifte: 17-12-2021, regelingnummer: 2021-0000022871)
21-11-2019, Stcrt. 2019, 56288 (uitgifte: 22-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-09-2023, Stcrt. 2023, 26454 (uitgifte: 02-10-2023, regelingnummer: 2023-0000589458)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Algemeen
1.
Het examen airconditioningsysteemdeskundige bestaat uit theorietoetsen en praktijktoetsen als bedoeld in bijlage XII.
2.
De exameninstelling bericht de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties binnen drie weken welke deelnemers het examen met goed gevolg hebben afgelegd.
3.
Na ontvangst van het bericht geeft de minister het diploma EPBD A-airconditioningsystemen of het diploma EBPD B-airconditioningsystemen af aan de deelnemers.
4.
De exameninstelling registreert de uitslagen van de afgelegde examens.