Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba
Einde inhoudsopgave
Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba (BPP nr. VII) 2010/5.17:5.17 Verzet in cassatie
Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba (BPP nr. VII) 2010/5.17
5.17 Verzet in cassatie
Documentgegevens:
Mr. G.C.C. Lewin, datum 08-01-2010
- Datum
08-01-2010
- Auteur
Mr. G.C.C. Lewin
- JCDI
JCDI:ADS447535:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Ingevolge art. 425 RvNL staat in Nederlandse zaken in beperkte mate verzet open tegen arresten van de Hoge Raad. Uit art. 429 lid 2 RvNL moet (a contrario, en in overeenstemming met hetgeen gebruikelijk is in een Nederlandse verzoekschrift-procedure) worden afgeleid dat in Nederlandse zaken geen verzet openstaat tegen beschikkingen van de Hoge Raad. Art. 425 RvNL spreekt van nietigheid van de dagvaarding. In Antilliaanse/Arubaanse zaken wordt in cassatie tegen vonnissen echter vrijwel nooit opgekomen bij dagvaarding. Er wordt geen verstek verleend en nietigverklaring van het verzoekschrift is niet mogelijk. Daarom denk ik dat in Antilliaanse/Arubaanse zaken die in cassatie met een verzoekschrift zijn ingeleid, geen verzet mogelijk is, ook niet als de bestreden uitspraak een vonnis is en de Hoge Raad uitspraak heeft gedaan bij arrest. Die opvatting brengt mee dat een verweerder die in cassatie niet verschenen is, niet achteraf kan klagen over de wijze waarop de griffie van de Hoge Raad getracht heeft hem in kennis te stellen van het cassatieberoep. Hieraan zou wel behoefte kunnen bestaan, omdat in Antilliaanse/Arubaanse zaken gemakkelijk problemen kunnen bestaan met de bereikbaarheid van partijen. Bij mijn weten is nog nooit geprobeerd in verzet te komen van een in een Antilliaanse/Arubaanse zaak gewezen arrest van de Hoge Raad.