RvdW 2022/54:Hof (enkelvoudige kamer) heeft verdachte niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep tegen veroordeling t.z.v. te hard rijden (art. 21 onder a jo. 92 lid 1 RVV 1990), op de grond dat verdachte h.b. heeft ingetrokken. Heeft hof voorafgaand aan tz. in h.b. aan strafgriffie hof verzonden e-mailbericht van verdachte kunnen aanmerken als duidelijke en ondubbelzinnige intrekking, nu verdachte 2 dagen later per e-mail heeft verzocht eerdere intrekking als niet verzonden te beschouwen en verdediging ttz. in h.b. heeft aangevoerd dat geen sprake is van rechtsgeldige intrekking? Art. 454 en 453 jo. 450 Sv. HR: art. 81 lid 1 RO.