Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/38
Medeplegen van gewoontewitwassen, art. 420ter Sr. Middel m.b.t. oordeel hof dat verdachte wist dat geldbedrag afkomstig was uit enig misdrijf. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 14-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1753
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 december 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M. Kuijer
- Zaaknummer
19/00589
- Conclusie
plv. A-G mr. P.M. Frielink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1753, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:1025, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑11‑2021
Essentie
Medeplegen van gewoontewitwassen, art. 420ter Sr. Middel m.b.t. oordeel hof dat verdachte wist dat geldbedrag afkomstig was uit enig misdrijf. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/00589
Datum 14 december 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 29 januari 2019, nummer 22/003512-14, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1954,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie plv. A-G mr. P.M. Frielink:
1. Het cassatieberoep
1.1.
Het gerechtshof Den Haag heeft bij arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.