Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba
Einde inhoudsopgave
Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba (BPP nr. VII) 2010/2.1:2.1 Inleiding
Het hoger beroep en het cassatieberoep in burgerlijke zaken in de Nederlandse Antillen en Aruba (BPP nr. VII) 2010/2.1
2.1 Inleiding
Documentgegevens:
Mr. G.C.C. Lewin, datum 08-01-2010
- Datum
08-01-2010
- Auteur
Mr. G.C.C. Lewin
- JCDI
JCDI:ADS441422:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Lewin TAR 2006 en Lewin 2007.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In dit hoofdstuk komt de wettelijke regeling van het hoger beroep aan de orde, zowel voor procedures die met een vonnis eindigen als voor procedures die met een beschikking eindigen. De Nederlandse termen dagvaardingsprocedure en verzoek-schriftprocedure zijn niet van toepassing, omdat beide procedures in eerste aanleg met een verzoekschrift beginnen. Voorts heet hetgeen bij een Nederlands hof een arrest heet, bij het Antilliaans/Arubaanse Hof een vonnis (en is het in de Nederlandse Antillen en Aruba nog altijd gebruikelijk om Hof met een hoofdletter te schrijven).
De volgorde waarin in dit hoofdstuk de onderwerpen worden behandeld, komt min of meer overeen met de indeling van de wettelijke regeling. De bedoeling is dat onderwerpen daardoor gemakkelijker kunnen worden opgezocht. Eerst wordt de procedure die met een vonnis eindigt besproken, waarbij de regeling van art. 260286 leidraad is. Vervolgens de procedure die met een beschikking eindigt, met de regeling van art. 429n-429q als leidraad. Daarbij komen telkens de wetswijzigingen sinds Rv 1931 aan bod. Voor de tekst van die bepalingen en wijzigingen verwijs ik naar bijlage 3, waarin ook de overeenkomstige bepalingen uit het Indische Reglement op de Rechtsvordering (Rv. Ind.) zijn vermeld. Voor de relevante bepalingen uit het Procesreglement verwijs ik naar bijlage 4. Bijlage 6 bevat een een transponeringstabel met de Antilliaanse en de Nederlandse bepalingen. In dit hoofdstuk is geput uit mijn eerdere publicaties en uit mijn praktijkervaring als lid van het Hof.1
De grenzen van de rechtsstrijd in hoger beroep worden voor een groot deel door jurisprudentiële rechtsregels bepaald. Dit onderwerp wordt in hoofdstuk 3 afzonderlijk behandeld. Art. 278 en 281a hebben ook betrekking op de grenzen van de rechtsstrijd en komen daarom eveneens in hoofdstuk 3 aan de orde.