RvdW 2023/1049
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op snorfiets van klaagster onder derde t.z.v. verdenking van diefstal. Ontvankelijkheid cassatieberoep na last tot vernietiging door medewerker OM a.b.i. art. 116 lid 2 sub c Sv, art. 134 lid 2 Sv. Uit door A-G ingewonnen inlichtingen blijkt dat t.a.v. inbeslaggenomen voorwerp een last is gegeven a.b.i. art. 116 lid 2 sub c Sv en dat het vervolgens is vernietigd met machtiging van OvJ. Hieruit volgt dat beslag inmiddels is beëindigd. Daarom zal HR cassatieberoep van klaagster niet in behandeling nemen. Klaagster n-o.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.E.M. Röttgering, M. Kuijer
- Zaaknummer
22/01873
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1425, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑10‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:762, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2023
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94 Sv op snorfiets van klaagster onder derde t.z.v. verdenking van diefstal. Ontvankelijkheid cassatieberoep na last tot vernietiging door medewerker OM a.b.i. art. 116 lid 2 sub c Sv, art. 134 lid 2 Sv. Uit door A-G ingewonnen inlichtingen blijkt dat t.a.v. inbeslaggenomen voorwerp een last is gegeven a.b.i. art. 116 lid 2 sub c Sv en dat het vervolgens is vernietigd met machtiging van OvJ. Hieruit volgt dat beslag inmiddels is beëindigd. Daarom zal HR cassatieberoep van klaagster niet in behandeling nemen. Klaagster n-o.