Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/292
Ontoereikend gemotiveerd oordeel dat klaagschrift niet tijdig is ingediend; niet is vastgesteld of beslag op art. 94 of 94a Sv berust, terwijl stukken mogelijkheid openlaten dat beslag ex art. 94 Sv is gelegd.
HR 21-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:137
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 februari 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, C. Caminada
- Zaaknummer
21/02149
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:137, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:38, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑11‑2021
- Wetingang
Essentie
Het hof heeft niet vastgesteld of het beslag op art. 94 of art. 94a Sv berust en ook de stukken laten de mogelijkheid open dat het beslag ex art. 94 Sv is gelegd. Gelet op de in dat geval geldende termijn, die mede afhankelijk is van het moment waarop de vervolgingen van alle verdachten tot een einde zijn gekomen, is het oordeel dat het klaagschrift niet tijdig is ingediend ontoereikend gemotiveerd.