Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/299
Veroordeling wegens autobrand (art. 157 lid 1 Sr) en vrijspraak t.z.v. medeplegen moord/doodslag in Valkenswaard in 2014. Vordering locatie- en verkeersgegevens door OvJ zonder machtiging RC, art. 359a Sv. Is hof voorbijgegaan aan verweer dat bewijsuitsluiting of strafvermindering moet worden toegepast omdat in strijd met EU-recht toegang is verkregen tot historische verkeers- en locatiegegevens van telefoons van verdachte? 1. Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt, art. 359 lid 2 Sv? 2. Vormverzuim, art. 359a Sv. Ad 1. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2021/235 m.b.t. gevallen waarin OvJ t.a.v. vordering locatie- en verkeersgegevens gehouden is schriftelijke machtiging van RC te vorderen. Klacht dat ’s hofs arrest niet voldoet aan voorschrift van art. 359 lid 2 Sv, miskent dat vormverzuimen die verband houden met toepassing van bevoegdheden die ertoe strekken verkeers- en locatiegegevens te verkrijgen, worden beoordeeld o.g.v. art. 359a Sv (vgl. NJ 2022/354). Ad 2. Wat namens de verdachte over aard en gevolgen van dit verzuim is aangevoerd, is in de kern niet meer dan enkele stelling dat hij ‘in zijn belangen (want zijn recht op privacy) is geschaad’ omdat zijn verkeers- en locatiegegevens gedurende periode van ruim 2 maanden van zijn provider zijn opgevraagd en verkregen. Die stelling kan echter door het ontbreken van enige concretisering van de mate waarin in dit geval de persoonlijke levenssfeer van verdachte zou zijn geschonden en het door verdachte a.g.v. die schending daadwerkelijk geleden nadeel, niet leiden tot gevolgtrekking dat sprake is van zodanig ernstig vormverzuim dat concreet belangen van verdachte in strafzaak heeft aangetast of dat anderszins sprake is van vormverzuim dat heeft geleid tot een zodanige ernstige schending van strafvorderlijk voorschrift of rechtsbeginsel, dat dit verzuim kan leiden tot een van de door verdediging bepleite gevolgen (bewijsuitsluiting of strafvermindering). Volgt verwerping. Samenhang met 21/02023 (RvdW 2023/300).
HR 21-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:241
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 februari 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, T. Kooijmans
- Zaaknummer
21/02022
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:241, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:27, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2023
Essentie
Veroordeling wegens autobrand (art. 157 lid 1 Sr) en vrijspraak t.z.v. medeplegen moord/doodslag in Valkenswaard in 2014. Vordering locatie- en verkeersgegevens door OvJ zonder machtiging RC, art. 359a Sv. Is hof voorbijgegaan aan verweer dat bewijsuitsluiting of strafvermindering moet worden toegepast omdat in strijd met EU-recht toegang is verkregen tot historische verkeers- en locatiegegevens van telefoons van verdachte? 1. Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt, art. 359 lid 2 Sv? 2. Vormverzuim, art. 359a Sv. Ad 1. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2021/235 m.b.t. gevallen waarin OvJ t.a.v. vordering locatie- en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.