Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1070
Onttrekking aan het verkeer o.g.v. art. 36d Sr. ’s Hofs oordeel dat mes en hennep vatbaar zijn voor onttrekking aan het verkeer is niet begrijpelijk.
HR 08-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1586
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 november 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, M. Kuijer
- Zaaknummer
21/02164
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1586, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑11‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:844, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑09‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑08‑2021
- Wetingang
Art. 36d Sr
Essentie
Onttrekking aan het verkeer van mes en hennep o.g.v. art. 36d Sr. Oordeel dat het inbeslaggenomen mes vatbaar is voor onttrekking aan het verkeer is niet begrijpelijk. Ook heeft hof niet vastgesteld dat mes en hennep kunnen dienen tot het begaan van soortgelijke feiten.
Samenvatting
Het hof heeft het inbeslaggenomen mes niet aan het verkeer onttrokken op grond van art. 36c Sr, maar op grond van art. 36d Sr en heeft in dat verband geoordeeld dat het inbeslaggenomen mes van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.