Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1095
Erfrechtverordening. Verklaring verwerping nalatenschap afgelegd voor gerecht in lidstaat van gewone verblijfplaats erfgenaam; toepasselijke vormvereisten.
HvJ EU 02-06-2022, ECLI:EU:C:2022:426 (T.N. en N.N. (Déclaration concernant la renonciation à la succession))
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
2 juni 2022
- Magistraten
E. Regan, I. Jarukaitis, M. Ilešič, D. Gratsias, Z. Csehi
- Zaaknummer
C-617/20
- Conclusie
A-G M. Szpunar
- Roepnaam
T.N. en N.N. (Déclaration concernant la renonciation à la succession)
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2022:426, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 02‑06‑2022
ECLI:EU:C:2022:49, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 20‑01‑2022
- Wetingang
Art. 13, 28 Verordening (EU) nr. 650/2012 (Erfrechtverordening)
Essentie
T.N. e.a. in tegenwoordigheid van E.G.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door het Hanseatische Oberlandesgericht in Bremen (Duitsland) bij beslissing van 11 november 2020.
Erfrechtverordening. Verklaring verwerping nalatenschap afgelegd voor gerecht in lidstaat van gewone verblijfplaats erfgenaam; toepasselijke vormvereisten.
Art. 13 en 28 Erfrechtverordening moeten aldus worden uitgelegd dat een verklaring van verwerping van een nalatenschap die door een erfgenaam is afgelegd voor het gerecht van de lidstaat van zijn gewone verblijfplaats, naar de vorm geldig is wanneer is voldaan aan de voor dit gerecht geldende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.