Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 771
HR, 08-07-2008, nr. S 07/10104
HR 08-07-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC9536
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 juli 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
S 07/10104
- Conclusie
wnd. A-G Bleichrodt
- LJN
BC9536
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC9536, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑07‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC9536, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑07‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑10‑2007
- Wetingang
Essentie
Vervolg op Hof 's-Gravenhage 23 februari 2007, NJFS 2007, 141. Gebruik voor het bewijs van resultaten van een oorsporenonderzoek. Het Hof heeft de deskundigenverklaringen slechts voor het bewijs gebruikt voor zover deze inhouden dat de verschillende gevonden oorafdrukken — naar het oordeel van de deskundigen met een variërende mate van waarschijnlijkheid — van verdachte afkomstig kunnen zijn. Nu het Hof de bedoelde resultaten slechts voor het bewijs heeft gebruikt in samenhang met ander bewijsmateriaal, zijn de resultaten van het oorsporenonderzoek voor het Hof dus niet cruciaal geweest voor zijn oordeel dat verdachte de desbetreffende inbraken heeft gepleegd. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.