Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 740
HR, 11-07-2008, nr. R06/177HR
HR 11-07-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD1845
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 juli 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, P.C. Kop, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels
- Zaaknummer
R06/177HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BD1845
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BD1845, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑07‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD1845, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑07‑2008
Essentie
Antilliaanse zaak. Nietigheid/vernietigbaarheid koopovereenkomst; passeren bewijsaanbod.
Falende rechtsklacht doch slagende motiveringsklacht tegen ‘s hof oordeel dat thans eiseres tot cassatie geen voldoende gespecificeerd bewijsaanbod heeft gedaan nu door het hof het juiste criterium is toegepast doch in het licht van de aangehaalde gedingstukken zonder nadere motivering onbegrijpelijk is op welke gronden dit oordeel berust.
Partij(en)
[Eiseres], te Curaçao, eiseres tot cassatie, adv. mr. P. Garretsen,
tegen
[verweerster], te Curaçao, verweerster in cassatie, adv. mr. J. Groen.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 16 april 2004 ter griffie van het gerecht in eerste ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.