RvdW 2022/901:Goederen bestemd voor beroeps- en bedrijfsmatige hennepteelt te koop aanbieden in growshop, art. 11a en 3 onder C Opiumwet. Afwijzing van verzoek om geldelijke tegemoetkoming bij onttrekking aan het verkeer van bedrijfsvoorraad, art. 33c lid 2 Sr jo. art. 36b lid 2 Sr. HR herhaalt relevante overwegingen uit HR 10 juli 2018, NJ 2019/328 m.b.t. beoordeling van vraag of eigenaar van voorwerp door onttrekking aan het verkeer van zijn eigendom onevenredig wordt getroffen wanneer hem geen geldelijke tegemoetkoming wordt toegekend. Hof heeft verzoek afgewezen op de grond dat ‘voor compensatie geen ruimte is’, omdat voorwerpen zullen worden onttrokken aan het verkeer vanwege omstandigheid dat ongecontroleerd bezit daarvan in strijd is met wet en omdat art. 33c Sr alleen ‘ziet (...) op situatie van verbeurdverklaring’. Daarmee heeft hof miskend dat o.g.v. art. 36b lid 2 jo. 33c lid 2 Sr ook bij onttrekking aan het verkeer een geldelijke tegemoetkoming kan worden toegekend. Enkele omstandigheid dat hof heeft geoordeeld dat ongecontroleerd bezit van die voorwerpen in strijd is met wet staat daaraan niet in de weg. Volgt (partiële) vernietiging t.a.v. beslissing m.b.t. verzoek om geldelijke tegemoetkoming.