Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/890
Onteigening. Planologische grondslag ontvallen door nieuw bestemmingsplan? Verplichting noodzaakverweer al in administratieve procedure naar voren te brengen; betekenis HvJ EU 14 januari 2021 (Varkens in Nood) en ABRvS 14 april 2021 i.v.m. art. 6:13 Awb.
HR 30-09-2022, ECLI:NL:HR:2022:1340
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 september 2022
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons
- Zaaknummer
21/03361
- Conclusie
A-G mr. W.L. Valk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1340, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑09‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:297, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑10‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑08‑2021
- Wetingang
Art. 6:13 Awb
Essentie
Onteigening. Planologische grondslag ontvallen door nieuw bestemmingsplan? Verplichting noodzaakverweer al in administratieve procedure naar voren te brengen; betekenis HvJ EU 14 januari 2021 (Varkens in Nood) en ABRvS 14 april 2021 i.v.m. art. 6:13 Awb.
Samenvatting
De klacht dat de onteigening geen deugdelijke planologische grondslag heeft, faalt op de gronden vermeld in de conclusie A-G onder 3.24-3.27 en de uitspraak ABRvS 31 augustus 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2554.
De klacht dat in het licht van het arrest van HvJ EU 14 januari 2021, C-826/16, ECLI:EU:C:2021:7 (Varkens in Nood) en ABRvS ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.