Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/898
Toereikende verwerping verweer dat OM niet-ontvankelijk is in vervolging ter zake sociale zekerheidsfraude.
HR 27-09-2022, ECLI:NL:HR:2022:1123
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 september 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, T. Kooijmans
- Zaaknummer
20/03072
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Bijzonder strafrecht / Sociale zekerheid
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1123, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑09‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:564, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑06‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑01‑2022
- Wetingang
Art. 348 Sv; Aanwijzing sociale zekerheidsfraude van 14 maart 2016 (Stcrt. 2016, 12609)
Essentie
Toereikende verwerping verweer dat OM niet-ontvankelijk is in vervolging ter zake sociale zekerheidsfraude wegens schikking met gemeente; bedrag aan ‘nadeel’ in de zin van de Aanwijzing sociale zekerheidsfraude is beslissend.
Samenvatting
Bij de beantwoording van de vraag of het OM terecht heeft geoordeeld dat voldaan is aan de criteria van de Aanwijzing sociale zekerheidsfraude van 14 maart 2016 (Stcrt. 2016, 12609), moet worden uitgegaan van de gegevens die ten tijde van de vervolgingsbeslissing aan het OM bekend waren (vgl. HR 27 maart 2012, NJ 2012/450, m.nt. T.M. Schalken). De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.