Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/889
Erfrecht. Quasi-legaat (art. 4:126 lid 1 BW); omzetting natuurlijke verbintenis in rechtens afdwingbare verbintenis; strekking omzetting.
HR 30-09-2022, ECLI:NL:HR:2022:1339
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 september 2022
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/02295
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Testamenten
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1339, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑09‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:235, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑05‑2021
- Wetingang
Art. 4:126 BW
Essentie
Erfrecht. Quasi-legaat (art. 4:126 lid 1 BW); omzetting natuurlijke verbintenis in rechtens afdwingbare verbintenis; strekking omzetting.
Samenvatting
Art. 4:126 lid 1 BW bepaalt onder meer dat een schenking of andere gift, voor zover deze de strekking heeft dat zij pas na het overlijden van de schenker of gever wordt uitgevoerd, en zij niet reeds tijdens het leven van de schenker of gever is uitgevoerd, voor de toepassing van hetgeen in Boek 4 BW is bepaald betreffende inkorting en vermindering wordt aangemerkt als een legaat ten laste van de gezamenlijke erfgenamen. In de praktijk wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.