RvdW 2022/909:Profijtontneming. Middel klaagt over overschrijding redelijke termijn in feitelijke aanleg. HR: Oordeel hof dat kan worden volstaan met constatering overschrijding redelijke termijn in e.a. en h.b., omdat in strafzaak compensatie plaatsvindt voor deze overschrijding is niet z.m. begrijpelijk, nu uit overwegingen hof in strafzaak volgt dat die strafvermindering enkel wordt toegepast ter compensatie van schending van redelijke termijn in fase h.b., en dus niet voor tijdsverloop in e.a. HR doet zaak zelf af. Samenhang met 19/05975 en 20/00213 (RvdW 2022/916 en RvdW 2022/915).