Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/978
Medeplegen poging tot afpersing, art. 317 lid 1 jo. 312 lid 2 sub 2 Sr. Afwijzing van ttz. in h.b. bij pleidooi gedaan getuigenverzoek, omdat hof nader verhoor van getuige niet noodzakelijk acht. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 28-09-2021, ECLI:NL:HR:2021:1396
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 september 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
20/00480
- Conclusie
P-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1396, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:652, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑06‑2021
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/00480
Datum 28 september 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 februari 2020, nummer 21-003934-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1968,
hierna: de verdachte.