Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/963
Faillissementsfraude: 1. Bewezenverklaarde 'meermalen' gepleegd. 2. Gunstiger sanctieregime art. 344a Sr i.p.v. art. 343 (oud) Sr van toepassing. 3. Betrokkenheid bij recent faillissement in strafoplegging betrokken.
HR 28-09-2021, ECLI:NL:HR:2021:1398
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 september 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.E.M. Röttgering, C. Caminada
- Zaaknummer
20/00409
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Insolventierecht / Faillissement
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1398, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:479, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑05‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑11‑2020
- Wetingang
Essentie
Faillissementsfraude: Oordeel dat bewezenverklaarde meermalen is gepleegd, is toereikend gemotiveerd. Ten onrechte heeft het hof het na het feit in werking getreden gunstiger sanctieregime van art. 344a Sr i.p.v. art. 343 (oud) Sr niet toegepast. Betrokkenheid bij recent faillissement mocht in in strafoplegging worden betrokken.
Samenvatting
Het hof heeft bewezenverklaard dat de verdachte in de periode van 28 juli 2014 t/m 1 juni 2016 geen deugdelijke administratie heeft gevoerd en niet alle administratie aan de curatoren heeft afgegeven. Uit de bewijsvoering blijkt dat in die periode van bijna twee jaar, meerdere voor de bewezenverklaring ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.