Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/125
Verduistering in dienstbetrekking (meermalen gepleegd) door als kassamedewerker van tankstation geldbedragen af te romen, art. 322 Sr. Strafmotivering. Overwegingen t.a.v. door A-G gevorderde straf en overschrijding redelijke termijn in hoger beroep. (zonder te vermelden welke straf zou zijn opgelegd indien redelijke termijn niet zou zijn overschreden) begrijpelijk? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 15-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:2058
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 december 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
19/05046
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:2058, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:999, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑11‑2020
Essentie
Verduistering in dienstbetrekking (meermalen gepleegd) door als kassamedewerker van tankstation geldbedragen af te romen, art. 322 Sr. Strafmotivering. Overwegingen t.a.v. door A-G gevorderde straf en overschrijding redelijke termijn in hoger beroep. (zonder te vermelden welke straf zou zijn opgelegd indien redelijke termijn niet zou zijn overschreden) begrijpelijk? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/05046
Datum 15 december 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 23 oktober 2019, nummer 20-000595-17, in de strafzaak
tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.