RvdW 2021/103
Zwaar lichamelijk letsel (botbreuken in neusbeen en oogkas) ontoereikend gemotiveerd.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 december 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
19/01763
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1969, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1031, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑12‑2019
- Wetingang
Essentie
Ontoereikend gemotiveerd oordeel dat zwaar lichamelijk letsel als bedoeld in art. 300 lid 2 Sr is toegebracht, nu ten aanzien van zowel de botbreuken in het neusbeen als de botbreuk in de oogkas nadere vaststellingen in het bijzonder over de noodzaak en de aard van medisch, al dan niet operatief, ingrijpen en ook het uitzicht op herstel ontbreken.
Samenvatting
Uit de bewijsvoering blijkt dat het slachtoffer door de vuistslag van verdachte botbreuken in zijn neusbeen en een botbreuk in zijn rechter oogkas heeft opgelopen. Hij is in het ziekenhuis onderzocht, zijn wenkbrauw is gehecht en hij ...