Einde inhoudsopgave
Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika
Artikel XIII
Geldend
Geldend vanaf 05-12-1957
- Bronpublicatie:
27-03-1956, Trb. 1956, 40 (uitgifte: 13-04-1956, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
05-12-1957
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-1957, Trb. 1957, 234 (uitgifte: 01-01-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Handelsreizigers, die onderdanen en vennootschappen van de ene Partij vertegenwoordigen, die binnen het grondgebied daarvan zaken doen, zullen bij toelating tot en vertrek uit het grondgebied van de andere Partij en gedurende hun verblijf aldaar, de behandeling van de meestbegunstigde natie genieten met betrekking tot douane- en andere aangelegenheden, met inbegrip van — onverminderd de uitzonderingen, voorzien in lid 5 van artikel XI — belastingen en heffingen, welke van toepassing zijn op henzelf, hun monsters en het aannemen van orders, en van de voorschriften, waaraan de uitoefening van hun beroep is onderworpen.