Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/492
Pensioenrecht. Verhouding eenzijdig wijzigingsbeding in arbeidsovereenkomst (art. 7:613 BW) en in pensioenovereenkomst (art. 19 PW); wijzigingsverbod opgebouwde aanspraken (art. 20 PW); toepassing op wijziging toeslagenregeling in een voorwaardelijke toeslagregeling; toepassing op wijzigingen uitvoeringsovereenkomst.
HR 21-04-2023, ECLI:NL:HR:2023:661
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 april 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma
- Zaaknummer
21/00366 en 21/00370
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:661, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑04‑2023
- Wetingang
Art. 7:613 BW; art. 1, 19, 20, 23 Pensioenwet
Essentie
Pensioenrecht. Verhouding eenzijdig wijzigingsbeding in arbeidsovereenkomst (art. 7:613 BW) en in pensioenovereenkomst (art. 19 PW); wijzigingsverbod opgebouwde aanspraken (art. 20 PW); toepassing op wijziging toeslagenregeling in een voorwaardelijke toeslagregeling; toepassing op wijzigingen uitvoeringsovereenkomst.
Samenvatting
Art. 19 PW is geënt op art. 7:613 BW en de in art. 7:613 BW gehanteerde formulering ‘zodanig zwaarwichtig belang (…) dat het belang van de werknemer dat door de wijziging zou worden geschaad, daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moet wijken’ is overgenomen in art. 19 PW. De rechtspraak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.