RvdW 2022/429
Medeplegen (verlengde) invoer van cocaïne (art. 2 onder A Opiumwet) en medeplegen aanwezig hebben van cocaïne (art. 2 onder C Opiumwet). Strafmotivering (gevangenisstraf van 43 maanden). Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt m.b.t. de strafoplegging. HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 21/01395 (RvdW 2022/428), 21/01489 (RvdW 2022/430), 21/01531 (RvdW 2022/431), 21/01542 (RvdW 2022/432) en 21/01585 (RvdW 2022/433).
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 april 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, C. Caminada, T. Kooijmans
- Zaaknummer
21/01465
- Conclusie
A-G mr. P.M. Frielink
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:528, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑04‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:173, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑02‑2022
Essentie
Medeplegen (verlengde) invoer van cocaïne (art. 2 onder A Opiumwet) en medeplegen aanwezig hebben van cocaïne (art. 2 onder C Opiumwet). Strafmotivering (gevangenisstraf van 43 maanden). Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt m.b.t. de strafoplegging. HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 21/01395 (RvdW 2022/428), 21/01489 (RvdW 2022/430), 21/01531 (RvdW 2022/431), 21/01542 (RvdW 2022/432) en 21/01585 (RvdW 2022/433).
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/01465
Datum 12 april 2022
ARREST
op het beroep ...