RvdW 2022/424
Caribische zaak. Moord in Sint-Maarten (art. 2:262 SrStM). Bewijsklachten voorbedachte raad. HR: art. 81 lid 1 RO.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 april 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M. Kuijer
- Zaaknummer
21/03740
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:443, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑04‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:189, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑03‑2022
Essentie
Caribische zaak. Moord in Sint-Maarten (art. 2:262 SrStM). Bewijsklachten voorbedachte raad. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/03740 C
Datum 5 april 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 3 december 2020, nummer H 161/2019, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1992,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.M.W. Paridaens:
Inleiding
1. Het Gemeenschappelijk Hof ...