Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Helleense Republiek, de Franse Republiek, Ierland, de Italiaanse Republiek, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië, en Noord-Ierland (lid-Staten der Europese Gemeenschappen) en het Koninkrijk Spanje en de Portugese Republiek, betreffende de toetreding van het Koninkrijk Spanje en de Portugese Republiek tot de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie
Artikel 25
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1986
- Bronpublicatie:
12-06-1985, Trb. 1985, 135 (uitgifte: 11-12-1985, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-02-1986, Trb. 1986, 33 (uitgifte: 01-01-1986, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De Verdragen en de besluiten van de Instellingen van de Europese Gemeenschappen zijn van toepassing op de Canarische Eilanden en op Ceuta en Melilla, onder voorbehoud van de in de leden 2 en 3 en in de andere bepalingen van de onderhavige Akte bedoelde afwijkingen.
2.
De voorwaarden waaronder de bepalingen van het EEG-Verdrag en het EGKS-Verdrag betreffende het vrije verkeer van goederen, alsmede de besluiten van Instellingen van de Gemeenschap betreffende de douanewetgeving en de handelspolitiek van toepassing zijn op de Canarische Eilanden en Ceuta en Melilla, zijn neergelegd in Protocol nr. 2.
3.
Onverminderd de specifieke bepalingen van artikel 155, zijn de besluiten van de Instellingen van de Europese Gemeenschappen betreffende het gemeenschappelijk landbouwbeleid en het gemeenschappelijk visserijbeleid niet van toepassing op de Canarische Eilanden en Ceuta en Melilla.
De Raad stelt, op voorstel van de Commissie, met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de bepalingen van sociaal-structurele aard vast die op landbouwgebied van toepassing zijn op de Canarische Eilanden; hij ziet erop toe dat deze bepalingen verenigbaar zijn met de algemene doelstellingen van het gemeenschappelijke landbouwbeleid.
4.
Op verzoek van het Koninkrijk Spanje kan de Raad, op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europese Parlement, met eenparigheid van stemmen:
- —
besluiten de Canarische Eilanden en Ceuta en Melilla op te nemen in het douanegebied van de Gemeenschap;
- —
passende maatregelen vaststellen om de bepalingen van het geldende Gemeenschapsrecht uit te breiden tot de Canarische Eilanden en Ceuta en Melilla.
Op voorstel van de Commissie, die eigener beweging of op verzoek van een Lid-Staat handelt, kan de Raad, met eenparigheid van stemmen en na raadpleging van het Europese Parlement, besluiten tot de eventueel noodzakelijke aanpassingen van de regeling die voor de Canarische Eilanden en Ceuta en Melilla geldt.