Einde inhoudsopgave
RvdW 2024/353
Beklag ex art. 552a Sv na beslag ex art. 94 Sv op (digitale) stukken en gegevens onder onderneming waarvan klaagster (rechtspersoon) onderdeel is, t.z.v. verdenking grootschalige fraude in voedselketen. 1. Is klaagster ontvankelijk in cassatieberoep v.zv. in beklagprocedures van twee advocaten- en notarissenkantoren reeds onherroepelijk is beslist dat beslag niet in strijd is met hun verschoningsrecht? 2. Kon Rb na gegrondverklaring van beklag beslissen dat ‘fysieke goederen’ moeten worden teruggegeven aan ‘redelijkerwijs rechthebbende’ i.p.v. aan klaagster? Ad 1. Op gronden vermeld in RvdW 2024/313, rov. 2.3 en 2.4, kan HR cassatieberoep van klaagster niet in behandeling nemen v.zv. dit betrekking heeft op verschoningsrecht van twee advocaten- en notarissenkantoren. Ad 2. Middel faalt. Redenen staan vermeld in RvdW 2024/346. Klaagster (partieel) n-o m.b.t. beslissingen Rb over verschoningsrecht van twee advocaten- en notarissenkantoren en verwerping beroep voor overige. CAG (strekking): (partiële) vernietiging en terugwijzing n.a.v. teruggave aan ‘redelijkerwijs rechthebbende’.
HR 12-03-2024, ECLI:NL:HR:2024:358
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 maart 2024
- Magistraten
Mrs. M.J. Borgers, A.L.J. van Strien, T. Kooijmans
- Zaaknummer
23/01640
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:358, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑03‑2024
Essentie
Beklag ex art. 552a Sv na beslag ex art. 94 Sv op (digitale) stukken en gegevens onder onderneming waarvan klaagster (rechtspersoon) onderdeel is, t.z.v. verdenking grootschalige fraude in voedselketen. 1. Is klaagster ontvankelijk in cassatieberoep v.zv. in beklagprocedures van twee advocaten- en notarissenkantoren reeds onherroepelijk is beslist dat beslag niet in strijd is met hun verschoningsrecht? 2. Kon Rb na gegrondverklaring van beklag beslissen dat ‘fysieke goederen’ moeten worden teruggegeven aan ‘redelijkerwijs rechthebbende’ i.p.v. aan klaagster? Ad 1. Op gronden vermeld in RvdW 2024/313, rov. 2.3 en 2.4, kan HR cassatieberoep van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.