Afgenomen bloedmonster niet zonder uitstel toegezonden aan NFI.

Documentgegevens:

HR 22-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW6206

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 22 mei 2012
Magistraten: Mrs. A.J.A. Van Dorst, J. De Hullu, Y. Buruma
Zaaknummer: 11/00119
Conclusie: A-G mr. J. Silvis
LJN: BW6206
Vakgebied(en): Strafrecht algemeen (V)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Bijzonder strafrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2012:BW6206, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW6206, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑05‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑03‑2011
Wetingang: WVW 1994 art. 6 en 8 lid 2 sub 2

Essentie

Verkeersstrafrecht. Nu het bloedmonster pas 11 dagen na de bloedafname door het NFI werd ontvangen, is dit niet “zonder uitstel” toegezonden aan het laboratorium dat met het onderzoek daarvan is belast.

Partij(en)

Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 21 juli 2010, nummer 20/001070-09, in de strafzaak tegen: N. Adv. mr. G. Spong, te Amsterdam.

Voorgaande uitspraak

Cassatiemiddel:

Middel 1

Het recht is geschonden en/of er zijn vormen verzuimd waarvan niet naleving nietigheid medebrengt.

In het bijzonder zijn de artt. 359, 415 Sv geschonden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.