Einde inhoudsopgave
RvdW 2024/262
Vordering verstrekken camerabeelden niet aan een verdachte gedaan; rechtspersoon kan een beroep doen op art. 126nda lid 2 Sv; geen gevaar voor strafrechtelijke vervolging van klaagster.
HR 27-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:286
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 februari 2024
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, T. Kooijmans, C.N. Dalebout, F. Posthumus
- Zaaknummer
22/02487 B
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:286, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑02‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:1025, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 14‑11‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑11‑2022
- Wetingang
Essentie
De rechtbank kon oordelen dat de vordering tot het verstrekken van camerabeelden niet aan een verdachte is gedaan. Ook een rechtspersoon kan een beroep doen op art. 126nda lid 2 Sv. Niet onbegrijpelijk oordeel van de rechtbank dat gevaar voor een strafrechtelijke vervolging van klaagster voor mishandeling door haar werknemers niet aannemelijk is.
Samenvatting
Vordering aan een supermarkt tot het verstrekken van camerabeelden in verband met een verdenking van mishandeling door een bestuurder/aandeelhouder en een teamleider van die supermarkt.
- 1.
De mogelijkheid om beklag te doen tegen een vordering als bedoeld in art. 126nda ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.