Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/957
Verordening Brussel I-bis. Erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen; materieel toepassingsgebied; begrip ‘beslissing’ in de zin van art. 2, onder a); in een lidstaat gegeven betalingsbevel van een in een derde staat gegeven beslissing; voorwaarden voor uitvoerbaarheid in andere lidstaten krachtens art. 39.
HvJ EU 07-04-2022, ECLI:EU:C:2022:264 (H Limited)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
7 april 2022
- Magistraten
K. Jürimäe, N. Jääskinen, M. Safjan, N. Piçarra, M. Gavalec
- Zaaknummer
C-568/20
- Conclusie
A-G P. Pikamäe
- Roepnaam
H Limited
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2022:264, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 07‑04‑2022
ECLI:EU:C:2021:1026, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 16‑12‑2021
- Wetingang
Art. 2, 39 Verordening (EU) nr. 1215/2012 (Verordening Brussel I-bis)
Essentie
J tegen H Limited.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door het Oberste Gerichtshof (Oostenrijk) bij beslissing van 23 september 2020.
Verordening Brussel I-bis. Erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen; materieel toepassingsgebied; begrip ‘beslissing’ in de zin van art. 2, onder a); in een lidstaat gegeven betalingsbevel van een in een derde staat gegeven beslissing; voorwaarden voor uitvoerbaarheid in andere lidstaten krachtens art. 39.