RvdW 2023/584:Mishandeling begaan tegen zijn levensgezel (art. 300 lid 1 Sr jo. art. 304 lid 1 Sr). Mocht meervoudige kamer hof het mondelinge vonnis van politierechter, dat o.g.v. art. 378 lid 2 Sv is aangetekend in p-v van tz., bevestigen, nu daarin bewijsmiddelen ontbreken en in hoger beroep vrijspraak is bepleit? Art. 359 lid 3, art. 378 lid 2 Sv en art. 423 lid 1 Sv. Raadsman van verdachte heeft in hoger beroep vrijspraak bepleit. Uit bewoordingen van art. 359 lid 3 Sv volgt dat deze bepaling in ieder geval geen toepassing kan vinden als door of namens verdachte op tz. vrijspraak is bepleit. Hof had vonnis alleen mogen bevestigen met de in art. 423 lid 1 Sv bedoelde aanvulling van gronden bestaande uit de in de weergave van de inhoud van bewijsmiddelen voor het bewezenverklaarde (vgl. NJ 2017/128). Hier is geen sprake van de situatie dat enkelvoudige kamer hof mondeling arrest wijst a.b.i. Regeling aantekening mondeling vonnis door politierechter, kinderrechter, economische politierechter, kantonrechter en enkelvoudige kamer voor behandeling van strafzaken in hoger beroep (Stcrt. 1996, 197). Volgt vernietiging en terugwijzing. CAG: Pr heeft in aantekening mondeling vonnis volstaan met een opgave van bewijsmiddelen a.b.i. art. 359 lid 3 (tweede volzin) Sv.