RvdW 2023/565
Prejudiciële beslissing op voet art 392 Rv. Consumentenrecht. Achteraf-betaalservice. Krediet in zin Richtlijn consumentenkrediet (Richtlijn 2008/48/EG) en afd. 7:2A.1 BW? Krediet zonder of met onbetekenende kosten (art. 7:58 lid 2 onder e BW); beoordeling; stelplicht. Prejudiciële vragen aan HvJ EU over wettelijke rente en incassokosten.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 mei 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, F.R. Salomons, G.C. Makkink, K. Teuben
- Zaaknummer
22/01716
- Conclusie
plv. P-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1006, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑06‑2023
ECLI:NL:HR:2023:778, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑05‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1130, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2022
- Wetingang
Art. 2 lid 2 onder f, art. 2 lid 3 onder a en onder g Richtlijn 2008/48/EG; art. 7:57 lid 1 onder c en onder g, art. 7:58 lid 2 onder e BW
Essentie
Prejudiciële beslissing op voet art 392 Rv. Consumentenrecht. Achteraf-betaalservice. Krediet in zin Richtlijn consumentenkrediet (Richtlijn 2008/48/EG) en afd. 7:2A.1 BW? Krediet zonder of met onbetekenende kosten (art. 7:58 lid 2 onder e BW); beoordeling; stelplicht. Prejudiciële vragen aan HvJ EU over wettelijke rente en incassokosten.
Samenvatting
Een overeenkomst waarbij uitstel van betaling wordt verleend, dient te worden aangemerkt als een kredietovereenkomst in de zin van titel 7.2A BW wanneer is voldaan aan de omschrijving van ‘kredietovereenkomst’ in art. 7:57 lid 1 onder c BW, met dien ...