Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 142/2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn
Artikel 25 Invoer, doorvoer en uitvoer van dierlijke bijproducten en afgeleide producten
Geldend
Geldend vanaf 08-07-2020
- Bronpublicatie:
17-06-2020, PbEU 2020, L 194 (uitgifte: 18-06-2020, regelingnummer: 2020/797)
- Inwerkingtreding
08-07-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-06-2020, PbEU 2020, L 194 (uitgifte: 18-06-2020, regelingnummer: 2020/797)
- Afhankelijke geldigheid
Wordt toegepast vanaf 14-12-2019.
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
Het invoeren in en doorvoeren door de Unie van de volgende dierlijke bijproducten is verboden:
- a)
niet-verwerkte mest;
- b)
onbehandelde veren en delen van veren en onbehandeld dons;
- c)
bijenwas in de vorm van honingraat.
2.
Voor het invoeren in en doorvoeren door de Unie van de volgende producten gelden geen veterinairrechtelijke voorschriften:
- a)
wol die en haar dat machinaal gewassen is of met een ander procedé is behandeld zodat er geen onaanvaardbare risico's meer aanwezig zijn;
- b)
bont dat gedurende minimaal twee dagen gedroogd is bij een omgevingstemperatuur van 18 °C en een vochtigheid van 55 %;
- c)
wol en haar, geproduceerd van andere dieren dan varkens, die/dat machinaal gewassen is, waarbij de wol en het haar in een reeks baden van water, zeep en natriumhydroxide of kaliumhydroxide worden ondergedompeld;
- d)
wol en haar, geproduceerd van andere dieren dan varkens, die direct worden verzonden naar een bedrijf dat afgeleide producten van wol en haar voor de textielindustrie produceert en die volgens ten minste een van de volgende procedés zijn behandeld:
- —
chemische ontharing met behulp van gebluste kalk of natriumsulfide,
- —
fumigatie in formaldehyde in een hermetisch gesloten kamer gedurende ten minste 24 uur,
- —
industriële zuivering waarbij de wol en het haar worden ondergedompeld in een wateroplosbaar detergens dat op een temperatuur van 60-70 °C wordt gehouden,
- —
opslag, die de reistijd mag omvatten, bij 37 °C gedurende acht dagen, 18 °C gedurende 28 dagen of 4 °C gedurende 120 dagen;
- e)
wol en haar die/dat droog is, van een stevige verpakking is voorzien, geproduceerd is van andere dieren dan varkens, bestemd is voor verzending naar een bedrijf dat afgeleide producten van wol en haar voor de textielindustrie produceert en aan alle volgende vereisten voldoet:
- i)
de wol/het haar is ten minste 21 dagen vóór de datum van binnenbrengen in de Unie geproduceerd in een derde land of een gebied daarvan, dat:
- —
is opgenomen in de lijst in deel 1 van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 206/2010 en dat naar de Unie vers vlees van herkauwers mag uitvoeren, dat niet is onderworpen aan de daarin vermelde aanvullende garanties A en F,
- —
vrij is van mond-en-klauwzeer en, in geval van wol en haar van schapen en geiten, van schapen- en geitenpokken overeenkomstig de algemene basiscriteria van bijlage II bij Richtlijn 2004/68/EG;
- ii)
de wol/het haar gaat vergezeld van een verklaring van de importeur, zoals vereist overeenkomstig hoofdstuk 21 van bijlage XV;
- iii)
de wol/het haar is door de exploitant voorgelegd aan een van de erkende grensinspectieposten van de Unie, opgenomen in de lijst in bijlage I bij Beschikking 2009/821/EG, waar de wol/het haar met goed resultaat is onderworpen aan een documentencontrole, uitgevoerd overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Richtlijn 97/78/EG.
3.
Exploitanten nemen de volgende specifieke eisen in acht inzake de invoer in en doorvoer door de Unie van bepaalde dierlijke bijproducten en afgeleide producten, als bedoeld in artikel 41, lid 3, en artikel 42 van Verordening (EG) nr. 1069/2009, die zijn opgenomen in bijlage XIV:
- a)
de specifieke eisen inzake het invoeren en het doorvoeren van categorie 3-materiaal en afgeleide producten voor een ander gebruik in de voederketen dan als voeder voor gezelschapsdieren of pelsdieren, vermeld in hoofdstuk I van die bijlage;
- b)
de specifieke eisen inzake het invoeren en het doorvoeren van dierlijke bijproducten en afgeleide producten voor gebruik buiten de voederketen van landbouwhuisdieren, vermeld in hoofdstuk II van die bijlage;
- c)
de specifieke eisen voor dierlijke bijproducten en afgeleide producten die afkomstig zijn van en, nadat een derde land de binnenkomst ervan heeft geweigerd, terugkeren naar de Unie, zoals vastgesteld in hoofdstuk VI van die bijlage.
4.
De voorschriften van bijlage XIV, hoofdstuk V, zijn van toepassing op de uitvoer uit de Unie van de daarin genoemde afgeleide producten