RvdW 2020/61
(Feitelijk leiding geven aan) opzettelijk onjuiste belastingaangifte en opzettelijk niet voeren van een bij de belastingwet verplichte administratie. Oordeel hof dat sprake was van bekennende verdachte en dat kon worden volstaan met opgave bewijsmiddelen niet onbegrijpelijk. De overweging van het hof dat verdachte blijkens het Uittreksel Justitiële Documentatie in 2017 onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke feiten, is niet begrijpelijk. Het hoeft evenwel niet tot cassatie te leiden, omdat deze onvolkomenheid in het geheel van de strafmotivering van ondergeschikt belang is.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 december 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
18/01733
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht / Fiscaal strafrecht
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1889, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:829, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑08‑2019
Essentie
(Feitelijk leiding geven aan) opzettelijk onjuiste belastingaangifte en opzettelijk niet voeren van een bij de belastingwet verplichte administratie. Oordeel hof dat sprake was van bekennende verdachte en dat kon worden volstaan met opgave bewijsmiddelen niet onbegrijpelijk. De overweging van het hof dat verdachte blijkens het Uittreksel Justitiële Documentatie in 2017 onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke feiten, is niet begrijpelijk. Het hoeft evenwel niet tot cassatie te leiden, omdat deze onvolkomenheid in het geheel van de strafmotivering van ondergeschikt belang is.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/01733
Datum 3 december 2019
ARREST
op ...