Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/440
Uitlevering ter executie van verstekvonnis. Klacht over oordeel dat verzekering van Albanië voldoende wordt geacht om de opgeëiste persoon het recht te waarborgen op een nieuw proces waarin de rechten van de verdediging worden gegarandeerd. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
HR 20-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:398
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 maart 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
17/02125 U
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:398, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:130, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑02‑2018
Essentie
Uitlevering ter executie van verstekvonnis. Klacht over oordeel dat verzekering van Albanië voldoende wordt geacht om de opgeëiste persoon het recht te waarborgen op een nieuw proces waarin de rechten van de verdediging worden gegarandeerd. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
20 maart 2018
Strafkamer
nr. S 17/02125 U
AKA
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 11 april 2017, nummer RK 16/6772, op een verzoek van de Republiek Albanië tot uitlevering van:
[de opgeëiste persoon] , geboren te [geboorteplaats] ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.