Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/414
Medeplegen poging tot oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 lid 1 Sr) m.b.t. onroerend goed dat door slachtoffers te koop was aangeboden. Bewijsklachten. Heeft hof ten onrechte geoordeeld dat sprake was van begin van uitvoering van misdrijf oplichting? HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 20/03650 P (RvdW 2022/412) en 20/03652 (RvdW 2022/413).
HR 05-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:504
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 april 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
20/03783
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:504, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑04‑2022
Essentie
Medeplegen poging tot oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 lid 1 Sr) m.b.t. onroerend goed dat door slachtoffers te koop was aangeboden. Bewijsklachten. Heeft hof ten onrechte geoordeeld dat sprake was van begin van uitvoering van misdrijf oplichting? HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 20/03650 P (RvdW 2022/412) en 20/03652 (RvdW 2022/413).
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/03783
Datum 5 april 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 5 november 2020, nummer 20-002536-17, in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.