Einde inhoudsopgave
RvdW 2024/910
Vervolgingsuitlevering opgeëiste persoon (Bosnische nationaliteit) naar Bosnië en Herzegovina t.z.v. deelneming aan criminele organisatie en illegale handel in drugs en wapens. 1. Genoegzaamheid van stukken, art. 18 lid 3 Uitleveringswet en art. 12 lid 2 EUV. Volgt uiteenzetting van feiten waarvan opgeëiste persoon wordt verdacht genoegzaam uit overgelegde stukken en blijkt daaruit dat opgeëiste persoon als pleger valt aan te merken? 2. Verweer dat sprake is van politiek gemotiveerd uitleveringsverzoek, art. 11 Uitleveringswet en art. 3 lid 2 EUV. 3. Bevoegdheidsverdeling uitleveringsrechter en minister. Is uitleveringsrechter bevoegd te oordelen over beroep op dreigende schending van art. 3 EVRM vanwege corrupt rechtssysteem in Bosnië en Herzegovina? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 24-09-2024, ECLI:NL:HR:2024:1228
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 september 2024
- Magistraten
Mrs. M.J. Borgers, T. Kooijmans, F. Posthumus
- Zaaknummer
24/00566 U
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:1228, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑09‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:822, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 27‑08‑2024
Essentie
Vervolgingsuitlevering opgeëiste persoon (Bosnische nationaliteit) naar Bosnië en Herzegovina t.z.v. deelneming aan criminele organisatie en illegale handel in drugs en wapens. 1. Genoegzaamheid van stukken, art. 18 lid 3 Uitleveringswet en art. 12 lid 2 EUV. Volgt uiteenzetting van feiten waarvan opgeëiste persoon wordt verdacht genoegzaam uit overgelegde stukken en blijkt daaruit dat opgeëiste persoon als pleger valt aan te merken? 2. Verweer dat sprake is van politiek gemotiveerd uitleveringsverzoek, art. 11 Uitleveringswet en art. 3 lid 2 EUV. 3. Bevoegdheidsverdeling uitleveringsrechter en minister. Is uitleveringsrechter bevoegd te oordelen over beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.