RvdW 2019/748
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Verbintenissenrecht. Schadevergoeding wegens gebrekkige advisering door makelaar bij bemiddeling huur bedrijfsruimte. Procedure na cassatie en verwijzing (HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2993). Verwijzingshof wijst gevorderde exploitatieverlies toe. Taak hof na cassatie en verwijzing. Vóór cassatie ingenomen stelling.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 juni 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
18/02348
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:998, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:524, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑04‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Verbintenissenrecht. Schadevergoeding wegens gebrekkige advisering door makelaar bij bemiddeling huur bedrijfsruimte. Procedure na cassatie en verwijzing (HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2993). Verwijzingshof wijst gevorderde exploitatieverlies toe. Taak hof na cassatie en verwijzing. Vóór cassatie ingenomen stelling.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 18/02348
Datum 21 juni 2019
ARREST
In de zaak van
RAPPANGE MAKELAARDIJ B.V., gevestigd te Amsterdam,
EISERES tot cassatie,
hierna: Rappange,
advocaat: mr. D. Rijpma,
tegen
TORN B.V., gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: Torn,
advocaat: mr. J.P. Heering.