Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/47
Art. 81 lid 1 RO. Huwelijksvermogensrecht. Afwikkeling huwelijkse voorwaarden na echtscheiding. Verdeling vennootschapsvermogen.
HR 11-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:2001
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 december 2020
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
20/01253
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:2001, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:988, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑10‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Huwelijksvermogensrecht. Afwikkeling huwelijkse voorwaarden na echtscheiding. Verdeling vennootschapsvermogen.
Partij(en)
BESCHIKKING In de zaak van [de vrouw], wonende te [woonplaats], VERZOEKSTER tot cassatie, hierna: [de vrouw], advocaat: J.C. Zevenberg, tegen [de man], wonende te [woonplaats], VERWEERDER in cassatie, hierna: [de man], niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. M.L.C.C. Lückers:
In deze zaak staat, na de echtscheiding tussen partijen, de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden en de vennootschap onder firma die zij samen dreven centraal. Geklaagd wordt dat het hof niet ongemotiveerd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.