Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/66
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of bedreiging met zware mishandeling, art. 285 Sr. Klachten over 1. het in redelijkheid kunnen ontstaan van vrees en 2. de vervangende hechtenis bij de schadevergoedingsmaatregel. HR: art. 81 lid 1 RO en omzetting vervangende hechtenis in gijzeling bij schadevergoedingsmaatregel, art. 36f Sr.
HR 08-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:1963
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 december 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.L.J. van Strien, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
19/04227
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1963, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1162, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑10‑2020
Essentie
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of bedreiging met zware mishandeling, art. 285 Sr. Klachten over 1. het in redelijkheid kunnen ontstaan van vrees en 2. de vervangende hechtenis bij de schadevergoedingsmaatregel. HR: art. 81 lid 1 RO en omzetting vervangende hechtenis in gijzeling bij schadevergoedingsmaatregel, art. 36f Sr.
Conclusie
Conclusie A-G mr. T.N.B.M. Spronken:
1. Het cassatieberoep
1.1.
De verdachte is bij arrest van 11 september 2019 door het gerechtshof 's-Hertogenbosch wegens “bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of bedreiging met zware mishandeling”1., veroordeeld tot een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.