Einde inhoudsopgave
RvdW 2009/133
HR, 16-12-2008, nr. 07/10712
HR 16-12-2008, ECLI:NL:HR:2008:BF3290
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 december 2008
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
07/10712
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BF3290
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BF3290, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑12‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BF3290, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑12‑2008
Essentie
Bewezenverklaring onvoldoende gemotiveerd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 13 februari 2007, nummer 23/000663-06, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer, beiden te Amsterdam.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot vernietiging van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.