Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 131
HR, 16-12-2008, nr. 07/10389
HR 16-12-2008, ECLI:NL:HR:2008:BF3779
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 december 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
07/10389
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BF3779
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BF3779, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑12‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BF3779, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑12‑2008
Essentie
Forse overschrijding redelijke termijn. Geen niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie. Hoge Raad past strafkorting toe. Verjaring.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's‑Hertogenbosch van 28 april 2005, nummer 20/000270-04, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. M.C. van der Want, te Middelburg.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. M.C. van der Want, advocaat te Middelburg, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.