Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/420
1. Aan verdachte is het recht gelaten het laatst te spreken. 2. Gedeeltelijke vernietiging en gedeeltelijke bevestiging van de beslissing(en) inzake sanctieoplegging is toegelaten.
HR 20-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:372
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst, J. van den Brink
- Zaaknummer
17/02855
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:372, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:221, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑01‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑10‑2017
- Wetingang
Art. 311 lid 4, 423 Sv
Essentie
1. Aan verdachte is het recht gelaten het laatst te spreken. 2. Gedeeltelijke vernietiging en gedeeltelijke bevestiging van de beslissing(en) inzake sanctieoplegging is toegelaten.
Ad 1) Nadat de A-G het woord had gevoerd tot repliek is aan verdachte het recht gelaten het laatst te spreken. Niet blijkt dat verdachte van dit recht geen gebruik heeft kunnen maken. Ook de omstandigheid dat de raadsman van de verdachte na de mededeling hieromtrent het woord nog heeft gevoerd, leidt niet tot die gevolgtrekking. De klacht dat verdachte niet het recht is gelaten het laatst te spreken, faalt derhalve.
Ad 2) ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.