Einde inhoudsopgave
De positie van de vennootschap onder firma (IVOR nr. 97) 2016/7.2.1
7.2.1 De VOF is procesbevoegd
mr. P.P.D. Mathey-Bal, datum 28-09-2015
- Datum
28-09-2015
- Auteur
mr. P.P.D. Mathey-Bal
- JCDI
JCDI:ADS388275:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
Voetnoten
Voetnoten
Pitlo/Löwensteijn 1986, p. 33.
Asser 1997, p. 73-74.
HR 25 november 1983, ECLI:NL:HR:1983:AG4696, r.o. 3.4, NJ 1984/297 (Van der Peijl/minister van O&W).
Zie ook HR 5 november 1976, ECLI:NL:HR:1976:AB7103, NJ 1977/586, m.nt. W.H. Heemskerk; AA 1978, p. 304-309, m.nt. P. van Schilfgaarde (Moret Gudde Brinkman): ‘dat blijkens de toelichting de wetgever (…) weliswaar tot uitdrukking heeft willen brengen dat de maatschap, anders dan de v.o.f., niet als zodanig eisende een verwerende in rechte kan optreden’. In HR 1 juli 1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC1027, NJ 1993/687 (Ardross Engineering) is geoordeeld dat ook de CV met slechts één beherend vennoot procesbevoegdheid heeft. Zie ook Asser/Maeijer 5-V 1995/177. De maatschap is niet als procespartij erkend,Kamerstukken II 1932/33, 253, 3, p. 11 (MvT bij art. 5 (oud) Rv). Over betekeningsvoorschriften t.a.v. de maatschap: HR 5 november 1976, ECLI:NL:HR:1976:AB7103, NJ 1977/ 586, m.nt. W.H. Heemskerk; AA 1978, p. 304-309, m.nt. P. van Schilfgaarde (Moret GuddeBrinkman). Omdat tegenwoordig wordt erkend dat ook de openbare maatschap onder een zodanig gevoerde naam aan het maatschappelijk verkeer deelneemt, een afgescheiden vermogen heeft (HR 15 maart 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY7840, RO 2013/30; JOR 2013/133, m.nt. J.M. Blanco Fernández (Biek Holdings/A. c.s.)) en de namen van de maten uit het handelsregister kenbaar zijn, zie ik geen reden om de maatschap anno 2015 processueel anders te benaderen dan de VOF. Het Hof van Justitie Nederlandse Antillen en Aruba oordeelde in 2008 overigens nog dat een maatschap níet als verwerende of eisende partij kan optreden, zie Hof van Justitie Nederlandse Antillen en Aruba 12 december 2008, RO 2009/28, r.o. 2.1.
Stb. 2001, 621.
Zie Kamerstukken II 1999/00, 26855, 3, p. 70 waarin wordt opgemerkt dat de inhoudelijke wijzigingen zijn beperkt en dat waar wel wijziging is aangebracht, dit zal worden vermeld.
HR 10 februari 1921, NJ 1921/409.
HR 8 juni 1990, ECLI:NL:HR:1990:AC0414, r.o. 3.3, NJ 1990/607 (Gebroeders Kruithof).
Bijv. Steitz HGB, § 124, aant. 18.
De Belgische maatschap kan niet op eigen naam, maar slechts op naam van haar vennoten dagvaarden en gedagvaard worden, Geens & Wyckaert 2011/273.
Rechtsbevoegdheid is het vermogen om rechten en verplichtingen te hebben1 en komt toe aan natuurlijke en rechtspersonen. Een van de uitvloeisels van rechtsbevoegdheid is het bezit van procesbevoegdheid:2 het vermogen om zelfstandig als partij in een burgerlijk geding op te treden om enerzijds eigen rechten te handhaven en om anderzijds er toe te worden gehouden eigen verplichtingen na te komen.
Slechts bij uitzondering wordt procesbevoegdheid aan andere entiteiten dan natuurlijke en rechtspersonen toegekend.3 Een dergelijke uitzondering is gemaakt voor de VOF: de VOF kon al op grond van art. 5 lid 1 Rv (oud) als zodanig als eisende of verwerende partij optreden in een geding.4Art. 4 lid 1 sub 4 Rv (oud) bevatte een betekeningsvoorschrift ten aanzien van de VOF. Sinds 20025zijn de betekeningsvoorschriften voor de VOF geregeld in art. 51 Rv, met welk artikel inhoudelijk geen wijziging is beoogd ten opzichte van vóór 2002.6 De VOF kan procespartij zijn ongeacht of het gaat om een vordering tegen een derde of een vennoot.7
Als de VOF als eiser of gedaagde in een geding is betrokken, dan is in beginsel iedere vennoot op grond van art. 17 WvK bevoegd om de VOF in het proces te vertegenwoordigen.8
De Duitse OHG, geen rechtspersoon, kan ook procespartij zijn.9 Dit lijkt dus op de situatie voor de Nederlandse VOF. Naar Belgisch recht heeft de VOF procesbevoegdheid omdat zij rechtspersoon is (art. 703 GerechtelijkWetboek).10