Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/1337
Beklag, beslag. Klacht over door rechtbank gehanteerde maatstaf (art. 94a Sv) en begrijpelijkheid ongegrondverklaring beklag. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
HR 20-11-2018, ECLI:NL:HR:2018:2140
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 november 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
17/01508 B
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2140, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1304, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2018
Essentie
Beklag, beslag. Klacht over door rechtbank gehanteerde maatstaf (art. 94a Sv) en begrijpelijkheid ongegrondverklaring beklag. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
20 november 2018
Strafkamer
nr. S 17/01508 B
AJ/EC
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Rotterdam van 10 maart 2017, nummer RK 16/2511, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[klager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995.
Conclusie
Conclusie A-G mr. T.N.B.M. Spronken:
1. Bij beschikking van 10 maart 2017 heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.