RvdW 2020/534
Economische zaak. Opzettelijk gevaarlijke afvalstoffen, niet bruikbare stookolie (bunkerolie) inzamelen (art. 10.45 Wet milieubeheer) en afvalstoffen overbrengen van Nederland naar België zonder voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming van betrokken bevoegde autoriteiten (art. 10.60 Wet milieubeheer). Kan stookolie worden aangemerkt als (gevaarlijke) afvalstof i.d.z.v. de Wet milieubeheer? Verder klacht m.b.t. samenloop. HR: art. 81 lid 1 RO mede onder verwijzing naar ECLI:NL:HR:2020:433 t.a.v. kwestie afvalstof.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 april 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/05457
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
Bijzonder strafrecht / Milieustrafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:435, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1123, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑11‑2019
Essentie
Economische zaak. Opzettelijk gevaarlijke afvalstoffen, niet bruikbare stookolie (bunkerolie) inzamelen (art. 10.45 Wet milieubeheer) en afvalstoffen overbrengen van Nederland naar België zonder voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming van betrokken bevoegde autoriteiten (art. 10.60 Wet milieubeheer). Kan stookolie worden aangemerkt als (gevaarlijke) afvalstof i.d.z.v. de Wet milieubeheer? Verder klacht m.b.t. samenloop. HR: art. 81 lid 1 RO mede onder verwijzing naar ECLI:NL:HR:2020:433 t.a.v. kwestie afvalstof.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/05457 E
Datum 7 april 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest ...