Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/181
Cassatieberoep te laat ingesteld, art. 432 lid 1 sub c Sv. Volgens stukken heeft verdachte zich op tz. van hof o.g.v. art. 279 lid 1 Sv laten verdedigen door een daartoe uitdrukkelijk gemachtigde advocaat. Daarom had cassatieberoep moeten worden ingesteld binnen 14 dagen na einduitspraak van hof van 26 mei 2021. Beroep is echter pas ingesteld op 10 juni 2021. Om die reden kan HR cassatieberoep van verdachte niet in behandeling nemen. Verdachte n-o. Samenhang met 21/02249 (RvdW 2023/179) en 21/02250 (RvdW 2023/180).
HR 24-01-2023, ECLI:NL:HR:2023:82
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 januari 2023
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
21/02452
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:82, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1254, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑11‑2022
Essentie
Cassatieberoep te laat ingesteld, art. 432 lid 1 sub c Sv. Volgens stukken heeft verdachte zich op tz. van hof o.g.v. art. 279 lid 1 Sv laten verdedigen door een daartoe uitdrukkelijk gemachtigde advocaat. Daarom had cassatieberoep moeten worden ingesteld binnen 14 dagen na einduitspraak van hof van 26 mei 2021. Beroep is echter pas ingesteld op 10 juni 2021. Om die reden kan HR cassatieberoep van verdachte niet in behandeling nemen. Verdachte n-o. Samenhang met 21/02249 (RvdW 2023/179) en 21/02250 (RvdW 2023/180).
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.