Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/184
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht van politicus (art. 285 lid 1 Sr). Bewijsklacht. Kon bij politicus door gedragingen van verdachte in redelijkheid de vrees ontstaan dat hij het leven zou verliezen en was opzet van verdachte daarop gericht? HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2005/448 en NJ 1984/479, m.b.t. vereisten voor veroordeling t.z.v. bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht. Hof heeft vastgesteld dat politicus op openbare weg werd aangesproken en is gevolgd door een groep van circa tien personen waarvan verdachte deel uitmaakte. Hof heeft verder vastgesteld dat (i) verdachte de politicus op enig moment fysiek de weg heeft versperd door voor hem te gaan staan, waarbij verdachte de politicus met luide stem heeft toegesproken terwijl hij met zijn gezicht intimiderend dicht tegen het gezicht van politicus kwam, waarna politicus kenbaar heeft gemaakt dat hij zich niet prettig voelde in de ontstane situatie, (ii) verdachte nadat politicus zijn weg vervolgde de woorden: “Vieze vuile kankerhond, ik zal je doodslaan mongool!” in de richting van politicus heeft geroepen, en (iii) politicus een dag later via internet op de hoogte is geraakt van deze uitlating van verdachte. O.g.v. deze vaststellingen heeft hof geoordeeld dat politicus op de hoogte is geraakt van door verdachte geuite bewoordingen en door gedragingen van verdachte bij politicus in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat deze het leven zou kunnen verliezen en dat opzet van verdachte daarop was gericht. Dit oordeel geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is toereikend gemotiveerd. Volgt verwerping.
HR 24-01-2023, ECLI:NL:HR:2023:84
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 januari 2023
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
21/03936
- Conclusie
P-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:84, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1120, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑11‑2022
Essentie
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht van politicus (art. 285 lid 1 Sr). Bewijsklacht. Kon bij politicus door gedragingen van verdachte in redelijkheid de vrees ontstaan dat hij het leven zou verliezen en was opzet van verdachte daarop gericht? HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2005/448 en NJ 1984/479, m.b.t. vereisten voor veroordeling t.z.v. bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht. Hof heeft vastgesteld dat politicus op openbare weg werd aangesproken en is gevolgd door een groep van circa tien personen waarvan verdachte deel uitmaakte. Hof heeft verder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.